donderdag 18 september 2025

hoe doe je dat? - lesgeven (deel 3)

Na acht jaar op de vmbo-school was ik toe aan wat anders. Ik solliciteerde bij een mbo-school en werd aangenomen. Het was er verschrikkelijk, de begeleiding slecht, de locatie een oud kantoor en het management onzichtbaar. Als mijn lessen al doorgingen kwamen de studenten niet of was het lokaal bezet door een andere groep. Studenten die niet kwamen werden niet gebeld en aanwezigheidsregistratie was slecht op orde. Ik wist hier niet goed mee om te gaan en ik besloot om hier zo snel mogelijk te vertrekken en ging weer solliciteren. 

Na een open sollicitatie werd ik uitgenodigd voor een gesprek op een school voor zeevaart en transport. Het leek mij erg leuk om in een maritieme setting les te geven aan leerlingen die in de haven wilden werken. Ik kreeg de baan als docent Engels in het vmbo en om mijn jaartaak te vullen kreeg ik er wat lessen maatschappijleer bij. Daarnaast werd ik ook meteen mentor van een 3e klas.

De laatste drie dagen van de zomervakantie stonden in het teken van kennismakingsactiviteiten met de organisatie en leerden alle nieuwe collega's elkaar en de school beter kennen. Aan die voorbereiding heb ik leuke herinneringen. Ik was onder de indruk van het programma dat we aangeboden kregen en ik keek enorm uit naar de start van mijn schooljaar op de nieuwe school.

Toen ik was begonnen merkte ik al gauw dat het team waar ik deel van uit maakte geen hechte club mensen was. Er was geen gezamenlijke koffie- of lunchpauze. Sommige collega's zochten elkaar op in een lokaal, anderen bleven op hun eigen plek. Als nieuwkomer moest ik veel zelf uitzoeken. De andere nieuwe collega's, die van de kennismakingsdagen, werkten op andere locaties. 

Alsof of dit nog niet vervelend genoeg was allemaal kwamen daar ook de lessen nog bij. Die waren verre van leuk. Er waren twee klassen die ik allebei vier uur per week lesgaf. De leerlingen in deze twee klassen, allemaal jongens, waren strontvervelend. Ze waren erop uit om mijn lessen te verstoren. En dat lukte ze goed. 

Dierengeluiden maken als ik met mijn rug naar de groep stond, proppen nat wc-papier naar het krijtbord gooien en niet luisteren tijdens instructies. Ik roeide met alle riemen die ik had maar het lukte me niet om de regie over deze twee klassen te krijgen. Bij de andere klassen die ik had ging het beter, maar voor mij was de toon gezet en ik kreeg steeds minder plezier in mijn werk. 

Hulp inschakelen van collega's die al langer op de school werkten, de directie vertellen over de moeite die ik had, het zorgteam betrekken. Ik heb het allemaal geprobeerd maar het bleef heel moeizaam gaan. Het voelde als falen en dat is niet fijn.

Na de eerste maand gingen we naar de Ardennen met een aantal klassen, ik ging mee in de hoop hier de banden wat te verbeteren. Ook dat was geen succes, drie dagen regen, een jeugdherberg die van ellende bijna uit elkaar viel en jongens die liever thuis in hun warme bed lagen dan in een slaapzak op een ijskoude slaapzaal. Wat ik overigens heel goed begreep want zelf was ik ook liever thuis!

Eind november was de koek op. Ik kon niet meer, ik sliep slecht en ik zag iedere dag weer tegen de werkdag op. Toen bedacht ik dat ik ook kon stoppen. Helaas bedacht ik niet dat ik me ook ziek kon melden. Ik ben dus gestopt. Heb opgebeld en gezegd dat ik niet meer kwam. Na het weekend mijn sleutels en mijn ontslagbrief ingeleverd. Ik wilde zo snel mogelijk van deze baan verlost zijn, ziekmelden kwam niet in mij op en eind november werd mijn dienstverband ontbonden. Vanaf 1 december zou ik werkeloos zijn. Tijd voor actie dus.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten